
Het zal zo’n vaart niet lopen. Maar de eerste vermelding, die voor de
Tilburgse Kermis tot op heden
in het jaar 1570 was in
een akte waarin een hertrouwde moeder en haar kinderen een schikking over het bezit van de overleden vader treffen.
In de afgelopen maanden is men gestuit op een document dat de eerste vermelding toch weer wat verder terug in de tijd plaatst.
Binnen Regionaal Archief Tilburg houden een aantal vrijwilligers zich bezig met het transcriberen van oude teksten. Hierdoor worden teksten uit de schepenbank makkelijker toegankelijk voor onderzoekers die het oude schrift niet of minder goed beheersen. Daarnaast spaart het veel tijd omdat de trancripties digitaal doorzoekbaar zijn.
Tijdens het transcriberen van een akte stuitte vrijwilliger Ad Pijnenburg in een tekst op een betaling die gedaan moest worden vóór "Tilborchse kermisse".

Deze keer geen erfkwestie maar een gedwongen verkoop ( ook wel opwinning of beslaglegging genoemd) van onroerende goederen nadat de eigenaar een schuld niet kon voldoen. Dit alles speelt zich af in het jaar 1567. (R 313 folio 6V)
In deze akte heeft Jan Peter Huijben een schuld aan Jan Cornelissen Gerritsen die het er niet bij laat zitten Al met al een ingewikkelde akte omdat er in die tijd ook al heel wat regels en voorwaarden bestonden voor dat men over mocht gaan tot openbare verkoop om de schuld te voldaan te krijgen. Er draven in de akten dan ook een aantal partijen op die menen recht te hebben op de opbrengst van de gedwongen verkoop. Ze overleggen allerlei stukken waaruit hun rechten moeten blijken. De bewijsstukken worden uitgebreid beschreven.
Kortom, degene die al na aan het denken waren over het 450 jarig jubileum van de kermis moeten zich alsnog haasten: volgend jaar is het al zover.